De boerderij
La Cense, ook wel de Fortempsboerderij (20e eeuw) of de Quinotboerderij (19e eeuw) genoemd volgens de families die er woonden, is een vierhoekige boerderij, gelegen op de Place de Mélin en hoofdzakelijk gebouwd met “Gobertange” steen en baksteen.
De gebouwen dateren voornamelijk uit de 17e tot de 19e eeuw. De verschillende functies van de boerderij van weleer zijn hier nog terug te vinden: de ingang via een portaal met duiventil, een geplaveide binnenkoer met een centraal gedeelte dat vroeger bestemd was voor de mest vaalt, het hoofdgebouw, de stallen, de waterput, de schuur, de broodoven en wat overblijft van de paarden en varkensstallen. De boerderij was buiten gebruik geraakt, omdat de gebouwen niet meer compatibel waren met de hedendaagse eisen van de landbouw.
Florence en Serge kochten de boerderij in 1987 in vervallen staat. Na twee jaar hard werken vestigden zij zich met hun kinderen in 1989 in een eerste deel van de boerderij. In de loop der jaren zijn met volharding achtereenvolgens de verschillende andere delen gerestaureerd volgens regels van de kunst.
Als liefhebber van de witte steen in combinatie met de rode baksteen was Serge een van de oprichters van Qualité Village Mélin, een vereniging die tot doel heeft het architecturale en landschappelijke erfgoed te beschermen en het gemeenschapsleven in het dorp te bevorderen.
Mélin en de Gobertange steen
De Gobertange steen is een witte zandstenen kalk-zandsteen die tussen Jodoigne en Hoegaarden werd gevormd en overeenkomt in afzettingslagen die dateren uit het Midden-Lutetiaan, ongeveer 48 miljoen jaar geleden, toen het gebied een ondiepe en eerder tropische zeebaai was. De stenen worden gevonden in een zandbed op een gemiddelde diepte van 9 tot 20 meter.
Lange tijd werden ze op ambachtelijke wijze gewonnen door middel van schachten, kuilen en galerijen. Tegenwoordig is er alleen nog een dagwinning over in het gehucht Hussompont. De winning gebeurt nu met een kraan en vrachtwagens.
De steen werd gebruikt voor de bouw van een groot aantal gebouwen in Lathuy, Mélin, Gobertange, St Remy-Geest, en belangrijke gebouwen in de regio: Château Pastur, Hotel des Libertés, de Vicomté, de kerk St Médard in Geldenaken, enz. Collegiale kerk in Tienen, enz.
Hij werd ook gebruikt voor vele voorname gebouwen in het hele land: het stadhuis van Brussel, de Sint Michiels & Sint-Goedelekathedraal van Brussel, de Sint-Pieterskathedraal van Leuven, de Sint-Romboutskathedraal van Mechelen,…
LA “VALLEE BLANCHE”
De Witte Vallei is de naam die vaak wordt gegeven aan de omliggende dorpen waarvan de huizen werden gebouwd met de plaatselijke witte Gobertange steen.
Deze vallei omvat de dorpen/gehuchten van: Lathuy, Mélin, Gobertange, St Remy-Geest waar voornamelijk ontgonnen werd, zonder Jodoigne, Ste Marie Geest, St Jean-Geest, Mont-à-Lumay, Zetrud-Lumay te vergeten waarvan de oude gebouwen ook geheel of gedeeltelijk uit de witte Gobertange steen bestaan.
DE MOOISTE DORPEN VAN WALLONIË
De vereniging “Les Plus Beaux Villages de Wallonie” werd in 1994 opgericht door de heer Alain COLLIN (destijds woonachtig in het dorp Chardeneux) om de identiteit van het Waalse platteland te promoten. De diversiteit van haar landschappen en traditionele gebouwen vormt een uitzonderlijk en bevoorrecht natuurlijk en architecturaal erfgoed, dat de vereniging wil bewaren en uitnodigen tot ontdekking. Zij beschikt over een netwerk van 31 dorpen met een label uit de 8 landschapsregio’s van Wallonië. Voor meer informatie: https://beauxvillages.be